|
Hoe werkt het? Elke deelnemer krijgt een kaart met daarop de start/aankomst en een aantal posten bv. acht. Deze posten worden niet genummerd en een postenbeschrijving is niet voorzien. Elke post wordt vervangen door een gekleurd blad of een gekleurd stuk stof, telkens van een andere kleur. De deelnemers weten niet welke post met welke kleur overeenkomt. Iedere deelnemer krijgt een kleur die hij als eerste moet zoeken.
De oefening begint met een massastart. Iedereen gaat op zoek naar de post met de juiste kleur en knijpt die in zijn controlekaart. Vervolgens keren ze terug naar de start/aankomst. Hun controlekaart wordt tegengeknepen door een controleur om vals spelen te voorkomen. Dan kunnen zij op een opgavenbord hun volgende kleur aflezen en terug op zoek gaan naar de juiste post. De oefening gaat door totdat alle kleuren in de opgegeven volgorde aangedaan werden. Een loper die zich vergist van kleur moet eerst terug de juiste kleur gaan zoeken vooraleer de volgende opdracht te mogen uitvoeren.
Doel van de training? Op een leuke manier bezig zijn met oriënteren terwijl er ook fysiek getraind wordt. Bij deze oefening speelt geluk een rol maar ook tactisch inzicht en memoristatievermogen. Zo kan de loper proberen te onthouden welke kleur overeenstemt met welke post, als hij aan een post van een verkeerde kleur komt. Op die manier kan de loper de volgende ronde eventueel tijd besparen. Natuurlijk mag hij dan de kleur van de post die hij aan het zoeken is niet vergeten. Bijkomend moet hij proberen te onthouden welke posten met de juiste kleur hij al gedaan heeft. Hij kan ook overwegen alle acht posten tijdens de eerste ronde aan te doen en alle kleuren proberen te onthouden om nadien geen tijd meer te verliezen. De loper mag kiezen.
|