Memospel

Type training		Vorm van oriëntatie			Soort belasting				Doel
Kan als wedstrijd	Kan als training	Alleen	Duo	Groep	Techniek	Tactiek	Fysiek	Stress	Niveau

Hoe werkt het? Deze oefening kan binnen of buiten gedaan worden. Er wordt een circuit gemaakt met twee moederkaarten (MK1 en MK2) met daarop een reeks posten en twee locaties met kaarten zonder posten (BK1 en BK2). Het verloop van de oefening is als volgt:

Start->MK1: zoveel mogelijk posten onthouden van kaart 1
MK1->MK2: zoveel mogelijk posten onthouden van kaart 2
MK2->BK1: onthouden posten van kaart 1 intekenen
BK1->MK1: zoveel mogelijk posten onthouden van kaart 1
MK1->BK2: onthouden posten van kaart 2 intekenen
BK2->MK2: zoveel mogelijk posten onthouden van kaart 2
MK2->BK1: onthouden posten van kaart 1 intekenen
BK1->MK1: zoveel mogelijk posten onthouden van kaart 1
Enzovoort

De lopers mogen zoveel rondjes afleggen als ze willen. De lengte van het circuit en de moeilijkheid van de getekende posten zal de lopers verplichten meer of minder rondjes af te leggen. Deze oefening kan alleen gedaan worden tegen tijd maar kan ook met groepjes als aflossing.

Mogelijk te trainen technieken
oriën- teren kaart	kaart contact	lijnmerk- punten volgen	keuze volgweg	ruw-O fijn-O	afwijken	vereen- voudigen posten	kompas lopen	passen tellen	reliëf

Memospel

Doel van de training? Geheugentraining en tegelijkertijd een korte fysieke training.

Voorbereiding?

Zoek twee kaarten uit waarop voldoende duidelijke merkpunten staan die door de lopers onthouden kunnen worden.
Teken een 10 à 15-tal posten in op elke kaart (hoe meer posten, hoe moeilijker en hoe langer de oefening zal duren).
Zoek een geschikte locatie voor de oefening en maak een circuit. Dit kan gewoon binnen zijn of buiten waar een stukje van het circuit zelfs over hindernissen gaat.
Voorzie voldoende schrijfmateriaal, tafeltjes en kaarten, zeker als de oefening gedaan wordt in groepsvorm als aflossing.

Hoe aanpassen voor jongeren?

De oefening kan gemakkelijker gemaakt worden door slechts één moederkaart en één kaart zonder posten te voorzien.
Een andere mogelijkheid is op één (of beide) kaarten een omloop te tekenen.
Eventueel kan ook een kaart voorzien worden waarop niets getekend moet worden maar waar véél posten op staan. De deelnemers moeten dan gewoon de juiste posten aanduiden.

Hoe moeilijker maken?

Op de plaatsen met de moederkaarten (MK1 en MK2) bevinden zich nu géén volledige moederkaart maar wel verschillende stukjes van de moederkaart met posten (die stukjes mogen elkaar zelfs overlappen). De posten moeten onthouden worden en overgetekend op de volledige kaarten (BK1 en BK2). De deelnemer moet dan eerst het stukje moederkaart proberen te localiseren op de volledige kaart en daarenboven ook nog de post(en) intekenen.
Een andere mogelijkheid is verschillende kaarten gebruiken tussen moederkaart en in te tekenen kaart bv. moederkaart oro-hydro of zonder zwart, in te tekenen kaart IOF klassiek.

Wie wint? De snelste die erin slaagt alle posten correct over te brengen.

Besluit? Een moeilijkere oefening waarbij geheugentraining centraal staat. Dit is ook een ideale oefening om tussen andere langere trainingen te doen.