|
Hoe werkt het? Een spelvorm waarbij een aantal posten geplaatst worden in een klein gebied. (Deze oefening kan gedaan worden met of zonder kaart.) De posten hangen goed zichtbaar. Aan elke post nemen de deelnemers een puzzelstukje van een kaart. Als ze alle posten gedaan hebben, kunnen ze de kaart maken. Op deze kaart staat de locatie van de “schat” waar ze zo snel mogelijk naartoe gaan.
De oefening begint met een massastart.
Doel van de training? Spelenderwijze jonge oriënteerders leren wennen aan het bos en de kaart leren oriënteren.
Voorbereiding? Maak een sterk uitvergrote kaart met enkele posten. Een andere kaart (van een naburig perceel) knip je in stukken (om aan elke post te leggen). Zorg dat de locatie van de schat niet te snel gevonden kan worden. Zorg dat de lopers alle stukjes nodig hebben om de schat te kunnen vinden.
Hoe aanpassen voor jongeren? Deze vorm is aangepast aan jongeren.
Hoe moeilijker maken? De posten kunnen niet zichtbaar gehangen worden. De oefening kan ook gedaan worden in een gebied met veel fijn reliëf.
Opmerking: als de deelnemers de oefening doen met een kaart kunnen ze hun standplaats snel terugvinden. In het andere geval moeten ze zich eerst trachten te relocaliseren op het ineengepuzzelde kaartje alvorens ze de schat kunnen beginnen zoeken.
Wie wint? De eerste loper die de schat vindt.
Besluit? Een ideale spelvorm met jongeren.
|