Micro-O

Type training Vorm van oriëntatie Soort belasting Doel
Kan als wedstrijd Kan als training Alleen Duo Groep Techniek Tactiek Fysiek Stress Niveau

Hoe werkt het? Een slangenloop is een klassieke omloop waarbij er op de kaart enkel een smalle strook van het terrein (bv. 200 meter breed) hernomen wordt tussen en rond de posten.

grapje slang-O Doel van de training? Met een slangenloop kan je de deelnemer verplichten bepaalde technieken toe te passen bv. het volgen van lijnmerkpunten. Het kan ook juist een oefening zijn waar lijnmerkpunten (en het padennetwerk) vermeden worden om andere technieken bv. lopen op de naald naar lijnmerkpunten te oefenen. Voortdurend kaartcontact houden is van groot belang, dit om goed te weten welke merkpunten achtereenvolgens gepasseerd moeten worden.

Voorbereiding?

  • In functie van de techniek die je wil oefenen stippel je een omloop uit.
  • Maak een kaart met een smalle gang rond de omloop.
  • De geschiktheid van de slang moet eerst getest worden naar betrouwbaarheid van de kaart en doorloopbaarheid van het terrein (bv. hoge bramen).

Hoe aanpassen voor jongeren?

  • Doe de oefening op een eenvoudig of gekend terrein.
  • Zorg ervoor dat de jongeren gewoon duidelijke merkpunten moeten volgen binnen de slang.
  • Laat de breedte van de gang variëren in functie van de moeilijkheid van het terrein.

Hoe moeilijker maken?

  • De slang smaller maken.
  • De slang laten kronkelen rond de rechte lijn (werkt verwarrend maar kan uiterst zinvol zijn om bv. afwijken in te oefenen).
  • Gebruik maken van oro-hydro kaarten.
  • De oefening laten doen zonder kompas.

Mogelijk te trainen technieken
oriën- teren kaart kaart contact lijnmerk- punten volgen keuze volgweg ruw-O fijn-O afwijken vereen- voudigen posten kompas lopen passen tellen reliëf

Micro-O

Wie wint? Klassiek, de snelste loper.

Besluit? Een slangenloop is interessant om op gemakkelijke kaarten toch een moeilijke omloop uit te zetten. Het vereist eveneens de nodige technische kennis en concentratie.

Eerst enkele eenvoudige voorbeelden voor jongeren:

voorbeeld 1 slang-O voorbeeld 2 slang-O

Een volgende voorbeeld met bespreking: vanaf de start een ruwe richting nemen naar het topje (opvangmerkpunt en aanvalspunt) vlak voor de bosrand en de post. Vervolgens over het pad (lijnmerkpunt) afwijken naar links, naar de gracht en zo naar post 2. Met een ruwe richting voorbij enkele opvang- en lijnmerkpunten (omheining, wegeltje, pad) tot in de ravijn en daar de gracht volgen naar post 3. Op deze manier kan je de omloop analyseren. Tot aan post 8 is het eerder ruw oriënteren, daarna is het voornamelijk fijn oriënteren of kompasloop.

voorbeeld 3 slang-O

Micro-O

Hieronder nog een voorbeeld, op een eenvoudig terrein, ook toegespitst op ruw oriënteren via opvangmerkpunten.

voorbeeld 4 slang-O

Micro-O

Om te eindigen een oefening met een massastart en waarbij elke loper een andere volgorde opgelegd krijgt om de posten aan te doen en waarbij dezelfde post meermaals kan aangedaan worden bv. start-3-9-11-10-9-8-5-3-2-4-3-1-6-aankomst.

voorbeeld 5 slang-O