Het eerste wat je moet doen als je vaststelt dat je een fout hebt gemaakt is STOPPEN. Oriënteer je kaart. Werk in gedachten je gevolgde volgweg vanaf het laatste zekere punt dat je je kan herinneren terug af. Daarom is het nuttig, terwijl je loopt, details van het terrein in je op te nemen. Als je een goed aanvalspunt had dicht bij de post kan je EVEN blijven rondlopen (zie ). Kijk rondom je. Kijk goed op je kaart.
Als het je steeds duidelijker wordt dat je niet bent waar je dacht te zijn, probeer dan een duidelijk merkpunt te vinden (beter nog een groep van merkpunten) binnen zichtbereik en op de kaart. Dit om je huidige standplaats te kunnen bepalen (zie )? Dit is natuurlijk gevaarlijk want elke oriënteerder slaagt er dikwijls in zichzelf te overtuigen dat hij de oplossing gevonden heeft (dit wordt soms wel eens smalend genoemd: “de kaart doen kloppen”, je weet wel!). Je gaat dan nog maar een beetje verder om dan tot de conclusie te komen dat je helemaal niet meer weet waar je bent.
En toch heb je zelfs dan dan nog twee opties die overblijven, nog verdergaan of terugkeren. Terugkeren wil zeggen naar de plaats teruggaan waar je voor het laatst zeker was van je locatie. Dit kan gemakkelijk of moeilijk zijn en hangt ervan af hoe je op je huidige standplaats terechtgekomen bent. In deze situatie terechtgeraken is altijd zeer frustrerend. Nochthans, als je ZEKER weet hoe je kan terugkeren is het de veiligste manier. Zoek dan wel een nieuw aanvalspunt.
Als je niet zeker bent hoe je kan terugkeren, of als je door een richting te nemen op een goed opvangmerkpunt of een lijnmerkpunt uit kan komen, doe dat dan. Blijf wel uitkijken naar andere merkpunten die je kunnen toelaten je weg sneller terug te vinden maar verlies er geen extra tijd mee. Eens je jezelf teruggevonden hebt op de kaart, is het een kwestie van kalm te blijven en een nieuwe volgweg uit te stippelen naar de post, vanaf een ander aanvalspunt (B). Wees voorzichtig, de post staat waarschijnlijk moeilijk, anders had je hem de eerste keer al gevonden. Keer NIET terug naar je eerste aanvalspunt (A), de kans zeer groot dat je je laat beïnvloeden door je eerste volgweg (om jezelf te overtuigen dat je voordien juist was) en dat je zo de post wederom mist. In zeer moeilijk terrein of in dichte begroeiing heb je er dan vaak zelfs baat bij te wandelen.
De meest prangende vraag is misschien hoelang je mag blijven “aanmodderen” vooraleer je beslist tot een drastische heroriëntatie-oplossing. Hier is geen eenvoudig antwoord op. Het is een afwegen van verschillende aspecten: hoe lang is het geleden dat je zeker was van je positie, hoe dichtbij zijn er grote merkpunten die heroriëntatie toelaten, hoe zeker ben je dat de post “daar” ergens moet zijn, en van je ervaring. En, ervaring doe je op door fouten te maken. En, door fouten te maken krijg je meer ervaring en word je dus beter. Snoopy heeft er ook zijn mening over ...